Om een krachtig beleid te ontwikkelen en de diverse belanghebbenden in dit domein te ondersteunen, investeren we in wetenschappelijk onderzoek. In de afgelopen jaren zijn verschillende onderzoeken afgerond, en er wordt momenteel aan extra onderzoek gewerkt. De richtlijnen die voortkwamen uit dit onderzoek kunnen organisaties van de sectoren van het beleidsdomein WVG ondersteunen in hun dagelijkse praktijk en organisatiebeleid rond VBM. Anderzijds baseren we ons vanuit de overheid op de richtlijnen voor het verder uitbouwen van een breder beleid rond VBM (cfr. Beleidskaders en regelgeving).  

Multidisciplinaire richtlijn voor de preventie en toepassing van afzondering en fixatie in de residentiële geestelijke gezondheidszorg

In 2019 werd de Multidisciplinaire Richtlijn (MDR) ontwikkeld door het Steunpunt Welzijn, Volksgezondheid en Gezin. Die richtlijn is gebaseerd op wetenschappelijk en juridisch-mensenrechtelijk onderzoek en bevat aanbevelingen voor beleidsmedewerkers en hulpverleners. Tijdens de ontwikkeling van de richtlijn waren zowel zorgvoorzieningen als ervaringsdeskundigen betrokken. De MDR richt zich op volwassenen en behandelt specifiek het gebruik van afzondering en fixatie in situaties van escalatie en agressie bij zorggebruikers. De richtlijn benadrukt zowel de preventie van afzondering en fixatie als aanbevelingen voor hun toepassing. Bovendien houdt de MDR rekening met toekomstige ontwikkelingen.

In 2020 is de oorspronkelijke richtlijn uitgebreid met :

  • praktische uitleg, tips, richtlijnen en inspiratie,
  • aanbevelingen voor de praktische uitvoering van afzondering en fixatie, die relevant zijn voor zowel de geestelijke gezondheidszorg als de brede jeugdhulp in residentiële settingen.

Intersectorale richtlijn voor de preventie en toepassing van afzondering en fixatie in de residentiële brede jeugdhulp

In maart 2020 heeft het Steunpunt WVG een extra onderzoek uitgevoerd om richtlijnen te ontwikkelen voor het voorkomen en gebruik van afzondering en fixatie in de brede jeugdhulp, vergelijkbaar met de MDR in de geestelijke gezondheidszorg. Dit onderzoek omvat zowel juridische en mensenrechtenaspecten als psychologische, (ortho)pedagogische, medische en verpleegkundige overwegingen. De ontwikkelaars van deze richtlijnen betrokken zowel vertegenwoordigers van zorginstellingen als ervaringsdeskundigen, zoals ouders en jongeren. De richtlijnen bepalen in welke gevallen afzondering en fixatie acceptabel zijn. Ze bieden richtlijnen voor een brede aanpak van afzondering en fixatie, evenals aanbevelingen voor hun toepassing. Deze richtlijnen zijn gericht op de toekomst en omvatten ook de voorwaarden die moeten worden vervuld om aan de geformuleerde aanbevelingen te kunnen voldoen. U kunt de richtlijn en het volledige rapport hier lezen.

Onderzoek voor de zorg met kinderen en volwassenen met een handicap

Bijkomend werd een onderzoek gevoerd, specifiek naar de zorg voor personen met een handicap: ‘De ontwikkeling van aanbevelingen voor de maximale afbouw van en het bewust omgaan met afzondering en fixatie om kansen te bevorderen en escalatie te voorkomen in de zorg voor personen met een handicap.’ In dit onderzoek werd de literatuurstudie geactualiseerd en werden vijf voorzieningen met goede praktijken bezocht. Dit leidde tot de formulering van aanbevelingen voor de preventie en toepassing van afzondering en fixatie om kansen te bevorderen en escalatie te voorkomen bij personen met een handicap.   

Geïntegreerde richtlijn voor de preventie en toepassing van afzondering en fixatie voor alle doelgroepen WVG – onderzoek in ontwikkeling

Dit onderzoek integreert de eerder genoemde multidisciplinaire richtlijnen en het specifieke onderzoek met betrekking tot personen met een handicap. In 2016 werd bovendien de richtlijn ‘fixatie-arme thuiszorg’ ontwikkeld door het Academisch Centrum voor Verpleeg- en Vroedkunde aan de KU Leuven.

Dit nieuwe onderzoeksproject voor een geïntegreerde richtlijn heeft als doel een intersectorale richtlijn te ontwikkelen die uniform kan worden toegepast voor zoveel mogelijk van de doelgroepen die verblijven in (semi-)residentiële voorzieningen binnen het beleidsdomein WVG en daarbij verder bouwt op de eerder gevoerde onderzoeken. Dit betekent dat er ook aanbevelingen ontwikkeld worden voor de doelgroep van oudere volwassenen en volwassen personen met een handicap die (semi-)residentiële zorg krijgen. Daarbij is het uitgangspunt dat de richtlijn intersectoraal is waar dat mogelijk is, en doelgroep-specifiek is waar dat noodzakelijk is, en dit op basis van wetenschappelijk en juridisch onderzoek en/of waar intersectorale consensus ontbreekt.

Gesloten opvang voor minderjarigen: een rechtspositieregeling

Dit juridisch onderzoek brengt het internationaal mensen- en kinderrechtenkader in kaart met betrekking tot de rechtspositie van minderjarigen in meer gesloten vormen van opvang binnen het beleidsdomein WVG (met uitzondering van de forensische kinder- en jeugdpsychiatrie). Het gaat dan om de gemeenschapsinstellingen, het Vlaams Detentiecentrum, de organisaties voor bijzondere jeugdbijstand met module beveiligend verblijf en de centra voor ernstige gedrags- en emotionele stoornissen. Hierbij worden alle aspecten zoals onderwijs, vrije tijd, persoonlijke levenssfeer, sociale levenssfeer, veiligheid … onderzocht, maar ook afzondering en fixatie komen erin aan bod. Het onderzoek formuleert aanbevelingen voor deze thema’s.

Gesloten opvang van minderjarigen in de forensische kinder- en jeugdpsychiatrie in Vlaanderen: een rechtspositieregeling

De forensische afdelingen binnen de kinder- en jeugdpsychiatrie vallen niet binnen het bereik van het onderzoek naar de juridische positie van minderjarigen in gesloten zorgvoorzieningen. Dit komt deels doordat het Decreet Rechtspositie van de minderjarige in de jeugdhulp niet volledig van toepassing is op deze afdelingen. Toch is er ook in de For-K-diensten (Forensische Kinderpsychiatrische Dienst) een behoefte om de huidige juridische positie van minderjarigen op een vergelijkbare manier af te stemmen op het relevante internationale mensen- en kinderrechtenkader. Daarom werd eind 2020 een soortgelijk onderzoek uitgevoerd.  Dit onderzoek heeft tot doel een kader te ontwikkelen voor wetgeving met betrekking tot de juridische positie van minderjarigen die in For-K-diensten verblijven. U kunt het rapport bekijken via deze link.