Jonge mantelzorgers nemen thuis vaker een hoog aantal taken op in vergelijking met hun leeftijdsgenoten die geen jonge mantelzorger zijn
Jonge mantelzorgers (jongeren die wonen bij een persoon met een langdurige ziekte of beperking) nemen thuis vaker een hoog aantal taken op dan hun leeftijdsgenoten die geen jonge mantelzorger zijn. Bij jonge mantelzorgers neemt 24% een hoog aantal taken op. Bij hun leeftijdsgenoten die geen mantelzorger zijn, bedraagt dit aandeel 13%.
Jonge mantelzorgers die thuis minstens 4u per week helpen, nemen de verschillende taken telkens het vaakst op. De kloof in taakopname is doorgaans het grootst met jongeren die geen jonge mantelzorger zijn waarbij jonge mantelzorgers die minder dan 4u thuis helpen een tussenpositie innemen.
De top drie van vaakst uitgevoerde taken bij jonge mantelzorgers zijn: afwas doen en vaatwasmachine vullen, de eigen kamer schoonmaken en zware voorwerpen tillen. Ook bij jonge mantelzorgers die minder dan 4u thuis helpen en bij niet-jonge mantelzorgers zijn dit de meest uitgevoerde taken.
Sommige taken doen jonge mantelzorgers meer dan dubbel zo vaak dan hun leeftijdsgenoten die geen mantelzorger zijn. Het gaat vooral om items die te maken hebben met de persoonlijke verzorging van iemand, zoals: helpen bij het wassen, het nemen van een bad of douche of helpen bij het aan- of uitkleden.
Maar ook het helpen bij betalingen of het invullen van documenten wordt door jonge mantelzorgers die veel helpen meer dan dubbel zo vaak gedaan dan door hun leeftijdsgenoten die geen jonge mantelzorger zijn.
Jonge mantelzorgers die thuis een hoog aantal taken opnemen, hebben vooral vaker een buitenlandse herkomst en wonen vaker bij meerdere personen met een langdurige ziekte/handicap
Jongeren die wonen bij een persoon met een langdurige ziekte of handicap nemen vaker een hoog aantal taken op indien ze een buitenlandse herkomst hebben. Jonge mantelzorgers van de tweede generatie met buitenlandse herkomst nemen het vaakst een hoog aantal taken op.
Ook wanneer jonge mantelzorgers in een niet-tweeoudergezin wonen, nemen ze vaker een hoog aantal taken op.
Naar onderwijsvorm blijkt dat bij jonge mantelzorgers die ASO volgen, 16% een hoog aantal taken opneemt. Dit aandeel bedraagt 22% bij jonge mantelzorgers die KSO/TSO volgen en 32% bij zij die BSO volgen.
Wie de persoon met een langdurige ziekte/handicap is, maakt weinig verschil voor het aantal taken dat jonge mantelzorgers opnemen. Afhankelijk van wie de persoon met een langdurige ziekte/handicap is, neemt 17 tot 22% van de jonge mantelzorgers een hoog aantal taken op. Wanneer meerdere personen langdurig ziek zijn of een handicap hebben, bedraagt dit aandeel 40%.
Naar geslacht, leeftijd en werkstatus van de ouders bestaan geen significante verschillen in de opname door jonge mantelzorgers van een hoog aantal taken thuis.