Het cardiale zorgtraject is een onderdeel van het nalevingstoezicht in de algemene ziekenhuizen. Met inspecties in 2018 en 2019 vormt dit het derde traject binnen het nieuw toezichtmodel voor de algemene ziekenhuizen.

Bezochte afdelingen

Het derde zorgtraject focust op de zorg voor de cardiale patiënt (of de patiënt met hartaandoeningen) met bezoek aan volgende diensten:

  • verpleegafdelingen voor chirurgische patiënten (met focus op de cardiale patiënt);
  • verpleegafdelingen voor internistische patiënten (met focus op de cardiale patiënt);
  • cathlab (een specifiek ingerichte onderzoeksruimte in een ziekenhuis met diagnostische beeldvormingsapparatuur, die wordt gebruikt om de slagaders van het hart en de kamers van het hart te visualiseren en eventuele afwijkingen te behandelen).

Eisenkaders

Voor de inspectie werd een selectie gemaakt van te controleren aspecten uit het eisenkader van de cardiale patiënt. Deze elementen werden onderlijnd in de tekst.

Concrete aanpak

Alle ziekenhuizen met één van de cardiologische zorgprogramma’s krijgen een eerste inspectiebezoek (check 1), met de nodige toelichting rond het verloop van de inspectie (bij het begin van de inspectiedag) en een eerste feedback m.b.t. de belangrijkste vaststellingen (op het einde van de inspectiedag). Om een zo goed mogelijk zicht te krijgen op de dagelijks geleverde zorg, vinden de inspecties onaangekondigd plaats waarbij volgende diensten worden bezocht: cathlab, chirurgische en internistische verpleegafdelingen.

Vooraf werden ernstige knelpunten rond patiëntveiligheid bepaald (die noemen we ‘rode en oranje knipperlichten’).

  • Voor de ‘rode knipperlichten’ wordt telkens een nieuwe onaangekondigde inspectie (check 2) uitgevoerd, gericht op het risico dat was vastgesteld tijdens check 1. Deze check 2 vindt na een periode van minstens 3 maanden plaats, om het ziekenhuis in staat te stellen de nodige verbeteracties uit te voeren.
  • Andere vaststellingen werden geclassificeerd als ‘oranje knipperlichten’: elementen die, samen met één of meerdere andere vaststellingen, eveneens een ernstig risico inhouden voor de veiligheid van de patiënt of voor kwaliteit van zorg. Ook oranje knipperlichten kunnen aanleiding vormen voor check 2, maar slechts als er minstens 2 oranje knipperlichten werden vastgesteld.

Het agentschap Zorg en Gezondheid staat in voor de opvolging van alle inspectievaststellingen, waarbij een aantal verbeterpunten bijzondere aandacht krijgen.

Iedere inspectie kent eenzelfde rode draad:

  • Elke inspectie is een momentopname. De vaststellingen zijn gebaseerd op wat er tijdens de inspectie vastgesteld wordt. Dit kan via:
    • observatie;
    • bevraging van medewerkers en verantwoordelijken;
    • inzage in documenten (o.a. patiëntendossiers);
    • inspecteren van de lokalen en materialen die gebruikt worden door de organisatie;
    • gesprekken met patiënten (indien mogelijk).
  • De inspecteur bespreekt zijn vaststellingen, zowel positieve als negatieve, steeds met zijn gesprekspartner(s) en geeft hen daarbij de kans om vaststellingen toe te lichten, te nuanceren of verder uit te leggen.  
  • Een inspectie gebeurt altijd aan de hand van een gestandaardiseerd inspectie-instrument. De inspecteur kan zo beoordelen of de organisatie aan de regelgeving en kwaliteitseisen voldoet. Informatie wordt op een gestructureerde en afgestemde manier verzameld tijdens het inspectiebezoek.

Dossierinzage vormt een essentieel deel van de inspectiemethodiek omdat heel wat onderwerpen enkel op deze manier geobjectiveerd kunnen worden. We willen ons expliciet engageren tot het zorgvuldig omgaan met het controleren van gegevens in patiëntendossiers, omdat wij het respect voor de bescherming van de privacy essentieel vinden.

In een infofolder kunnen ziekenhuismedewerkers verdere informatie terugvinden.

Overzichten van klaar te leggen documenten voor het cathlab en op centraal niveau kan u hier terugvinden:

Wat leest u in het verslag?

In het verslag worden de vaststellingen gegroepeerd in 5 thema’s, met name:

  • Personeel
  • Veilige omgeving
  • Gestandaardiseerde zorg
  • Hygiëne
  • Communicatie

De inspecties (‘check 1’) resulteren in 1 inspectieverslag per campus, met alle vaststellingen beschreven per thema.

  • In functie van overzichtelijkheid en leesbaarheid geven we de vaststellingen weer in tabelvorm i.p.v. doorlopende tekst.
  • Afsluitend wordt aangegeven of er op basis van bepaalde vaststellingen (de zogenaamde ‘rode en oranje knipperlichten’) een check 2 volgt of niet.

Beleidsrapport

Zorginspectie maakt na ieder zorgtraject een overzichtsrapport openbaar.

Vragen

Via deze link vindt u de veelgestelde vragen bij het cardiale zorgtraject.

Voor alle vragen met betrekking tot het eisenkader voor de cardiale patiënt, verwijzen we naar Zorg en Gezondheid: www.zorg-en-gezondheid.be/per-domein/ziekenhuizen/algemene-ziekenhuizen/contact

Heeft u nog andere vragen over het toezichtmodel, neem dan contact op met contact.zorginspectie@vlaanderen.be.