Waarom?

De overlegcomités van 17 november, 26 november en 3 december benadrukten het belang van extra inspanningen m.b.t. ventilatie.  Efficiënt ventileren en verluchten vormen immers een belangrijke verdedigingslinie bij het beperken van het besmettingsrisico van COVID-19 en andere infectieziektes. In gesloten, slecht geventileerde ruimten kunnen infectieuze microdruppels tot 3 uur lang in de lucht blijven en mensen besmetten op meer dan 1,5 m.

Als indicator voor ventilatie wordt vaak de CO2-concentratie gebruikt. Naast de aerosolen die bij ademhaling vrijkomen en bij besmette personen virussen bevatten, ademen mensen immers ook CO2 uit, een gas waarvan de concentratie in de lucht eenvoudig te meten is. Sowieso is het al belangrijk om de CO2-concentratie in een ruimte op elk moment zo laag mogelijk te houden (max. 900 ppm), in tijden van COVID 19 des te meer. Een CO2-meting laat toe deze concentratie te monitoren, de ventilatieniveaus te controleren en bij te sturen waar nodig.

Voor wie is de compensatie ventilatiemaatregelen en zelftesten?

Na de Covid-compensatie van 2020 en deze van begin december 2021, komen residentiële en niet-residentiële voorzieningen uit de sectoren van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin nu ook in aanmerking voor een forfaitaire vergoeding voor de kosten m.b.t. ventilatiemaatregelen.  

Welke kosten komen in aanmerking? 

De kosten gemaakt in het kader van de ventilatiemaatregelen, zoals de aankoop van CO2-meters en zelftesten, komen in aanmerking.

Meer info over ventilatie, CO2-meters en het gebruik ervan, vindt u via onderstaande links:

Hoe moet de voorziening de kosten verantwoorden?

De voorziening moet op voorhand geen facturen indienen. U houdt de verantwoordingsstukken ter beschikking. Een concrete timing voor controle is nog niet voorzien. U organiseert zich intussen zodanig dat u de gemaakte kosten in het kader van de ventilatiemaatregelen voor het bedrag van de verstrekte subsidies kunt verantwoorden.

Belangrijk is dat de ingebrachte bedragen voor verantwoording niet al eerder zijn gedekt door een andere compensatie.

Op welke periode hebben de kosten betrekking?

De periode waarop de kosten voor COVID-compensatie betrekking hebben, loopt vanaf het begin van de COVID-pandemie tot aan het einde. Bijgevolg kunnen aankopen vanaf 1 maart 2020 als verantwoording dienen. 

Hoe kunt u de nieuwe compensatie krijgen?

Het VIPA betaalt de vergoeding automatisch uit. Bij de betaling neemt het VIPA een betaalreferentie op aan de hand waarvan u de ventilatiecompensatie kunt herkennen. Deze betaalreferentie (bvb. '1-COVbis-RZ-4638') is dezelfde als bij de Covid-compensatie-bis (met andere betaaldatum) en bevat volgende informatie:

  • het eerste cijfer is een volgnummer;
  • tussen het 1e en 2e gedachtestreepje staat ’COVbis’
  • tussen het 2e en 3e gedachtestreepje staat de afkorting van de zorgvorm ‘RZ=revalidatieziekenhuizen’. Een overzicht van alle afkortingen vindt u in het overzicht afkortingen.
  • het laatste cijfer, ‘4638’ in het voorbeeld, is het HCO-nummer (Health Care Organisation) dat uw voorziening op unieke wijze identificeert. Bij vele kleine bedragen voor dezelfde rechtspersoon werden die voor verschillende voorzieningen gebundeld onder het HCO-nummer van 1 voorziening van de rechtspersoon. Uw HCO-nummer kunt u ook raadplegen op Cobrha Viewer.

In deze gedetailleerde excel vindt u een overzicht van zowel de betalingen voor de Covid-compensatie II van begin december als deze van de huidige ventilatiecompensatie.

Heeft u verdere vragen?

Uw functioneel bevoegde agentschap bezorgt u hierover een communicatie. Contacteer uw functioneel bevoegde agentschap voor verdere vragen over de berekening.

Waar vindt u de regelgeving?

Overzicht van de gebruikte afkortingen voor de zorgvormen die in aanmerking komen

ARM verenigingen waar armen het woord nemen
CAW centra voor algemeen welzijnswerk
CDV centra voor dagverzorging
CGG centra voor geestelijke gezondheidszorg
CVH centra voor herstelverblijf
DGZ dienst voor gezinszorg
GO dienst voor gastopvang
IBO buitenschoolse opvang (gezinnen met kinderen)
IBW initiatief beschut wonen met collectieve woongelegenheid
INT units geïnterneerden (personen met handicap)
JH jeugdhulp
KDV opvang baby’s en peuters (gezinnen met kinderen)
LDC lokale dienstencentra
MFCBEG multifunctionele centra – begeleiding  (personen met handicap)
MFCDO multifunctionele centra - dagopvang (personen met handicap)
MFCCWO multifunctionele centra - wonen (personen met handicap) 
MWZ dienst maatschappelijk werk van het ziekenfonds
MZ verenigingen van gebruikers en mantelzorgers
ODB observatie-, diagnose- en behandelingsunits (personen met handicap)
OH dienst voor oppashulp
OSS ondersteunende structuur samenlevingsopbouw
PGO preventieve gezinsondersteuning (gezinnen met kinderen)
PVT psychiatrische verzorgingstehuizen
PZ dienst pleegzorg
REVARES residentiële revalidatievoorzieningen
REVAAMBU ambulante revalidatievoorzieningen
RTH rechtstreeks toegankelijke hulp (personen met handicap)
RZ revalidatieziekenhuizen
VZABEG vza (*) +ouderinitiatieven-begeleiding (personen met handicap)
VZADO vza (*) + ouderinitiatieven-dagopvang (personen met handicap)
VZAINT vza (*)-geïnterneerden (personen met handicap) 
VZANAH vza-nah (**) (personen met handicap) 
VZAWO vza (*) + ouderinitiatieven- wonen (personen met handicap) 
WZC woonzorgcentra + centra kortverblijf

(*) vza: vergunde zorgaanbieder
(**) nah: niet-aangeboren hersenletsel