Wat Sterk Sociaal Werk zo sterk maakt? De mensen natuurlijk! Al zullen ze dat nooit over zichzelf zeggen. In deze reeks interviews ontmoet je een aantal gezichten achter het platform. Dit keer vertelt Katrien Segers (42) over haar rol als bruggenbouwer: ‘Sociale professionals vinden het fijn om te weten dat ze niet alleen staan’.

Wat is je rol binnen Sterk Sociaal Werk?

Ik ben stafmedewerker bij SAM, steunpunt Mens en Samenleving. Mijn hoofdopdracht daar is het programmamanagement van Sterk Sociaal Werk. Wat eigenlijk inhoudt dat ik het hele traject van Sterk Sociaal Werk in Vlaanderen en Brussel mee uitteken, begeleid en erover waak dat de juiste mensen op het juiste moment betrokken worden.

Concreet ondersteun ik het Vlaams platform maar ook de zes regionale platformen. Het is heel uiteenlopend werk maar vanuit mijn centrale rol kan ik zien dat er in heel Vlaanderen en Brussel van alles in beweging is.

De regionale platformen krijgen veel ruimte en vrijheid om hun ding te doen. Iedereen pakt het op een andere manier aan. Dat maakt het boeiend en inspirerend. Ik ben er vooral voor de procesmatige en morele ondersteuning, om aan te geven: leg de lat niet te hoog maar doe dat wat je buik aangeeft dat kan werken. Tot nu toe geeft dat mooie resultaten.

Wat betekent Sterk Sociaal Werk voor jou?

Sterk Sociaal Werk heeft een intersectorale focus en dat is belangrijk. We proberen alle beleidsdomeinen waarin sociale professionals actief zijn te verbinden. Van het jeugdwerk, over het sociaal-cultureel werk tot het straathoekwerk en de zorg. Dat is voor mij een ongelooflijke meerwaarde. Mensen zijn echt bereid, en zitten er voor een stuk op te wachten, om over het eigen muurtje te kijken.

Wat was tot nu toe je favoriete moment?

Ik heb er twee (lacht). Een persoonlijke favoriet: in augustus 2020 was er voor de eerste keer na een lange coronabreak nog eens een live bijeenkomst van de stuurgroep. Het deed deugd om te zien dat we desondanks de onlinebijeenkomsten toch echt wel verder gegroeid zijn als groep. Op die bijeenkomst hebben we een eerste brainstorm gehouden over de conferentie van 2022. Het was een bevestiging dat we op het juiste spoor zitten en dat er een goede drive was om verder te gaan. Dat was echt een mentale boost voor iedereen, denk ik.

Mijn professionele favoriet is de World Social Work Day van 2021. Absoluut. Die dag hebben we op sociale media echt wel impact gehad. De regionale platformen hebben daar knap werk neergezet alsook de sprekers die input hebben gegeven. Veel mensen hebben het ook gezien. We waren zelfs trending op Twitter. Ook heel wat lokale besturen hebben deze dag opgepikt en zijn ermee aan de slag gegaan. Het was bijna allemaal virtueel, maar ik moest letterlijk en figuurlijk van de ene zoommeeting naar de andere hoppen omdat er overal van alles gaande was.

Sterk Sociaal Werk schuift verschillende uitdagingen naar voor. Wat is voor jou het belangrijkst?

Ik heb er drie. Op de eerste plaats staat diversiteit. Ik woon en werk al jaren in Antwerpen, en de diversiteit aan mensen en invloeden die ik hier zie, dat is de realiteit en de toekomst voor heel Vlaanderen. Daar moet elke organisatie binnen het sociaal werk mee aan de slag. Dat ontkennen is jezelf als sociaal werk oneer aandoen. Ik ben daar heel kritisch over. We kunnen het niet maken om niet iedereen mee aan boord te trekken.

En de andere twee?

Onderbescherming. Er zijn vandaag de dag zoveel mogelijkheden, met data die op verschillende plekken gedeeld en verzameld worden, dat ik niet begrijp dat het nog mogelijk is dat mensen niet tot hun rechten toekomen. Daarom ben ik blij om hier en daar te zien dat er OCMW’s proactief aan de slag gaan. Dat die wel op zoek gaan en zeggen: ‘Kijk, volgens ons zitten die en die mensen in de problemen. Laat ons die actief zelf gaan opzoeken.’ Zo moet het zijn.

En op de derde plaats staat hybridisering, de vermarkting van het sociale domein. Dat is misschien niet zo’n sexy thema en het ligt ook vaak gevoelig, maar de wereld is continu in verandering en het sociaal werk moet daarop inspelen. We moeten gaan kijken naar onze eigen organisaties en werkwijzen, naar onze financieringsmodellen en subsidiestromen. Laten we daar een open dialoog over voeren.

Waarmee ik niet wil zeggen dat we direct alles moeten gaan vermarkten. Integendeel. Ik ben tegen een beperkte en vernauwde visie op vermarkting, maar ik denk wel dat we kunnen leren van elkaar. Dus ik vind het een goede zaak dat Kenniscentrum Welzijn Wonen Zorg daar nu mee aan de slag gaat en er verschillende partners rond samenbrengt.

Wat hoop je de komende tijd te zien gebeuren binnen de regionale platformen?

Ik zou de regionale platformen graag nog verder zien groeien. Zodat we nog meer praktijkwerkers bereiken met ons verhaal, omdat ik merk dat diegenen die we al bereiken allemaal enthousiast zijn. Sociale professionals vinden het fijn om te weten dat ze niet alleen staan, dat er iets is dat hen bindt over al die sectoren heen. Ze vinden het belangrijk om expertise en kennis uit te wisselen. Ik kijk er naar uit dat we via de regionale platformen zoveel mogelijk sociale professionals kunnen laten delen in die feestvreugde.

Over feestvreugde gesproken. Wat hoop je op de sociaalwerkconferentie van 5 mei 2022 mee te maken?

Ik hoop daar vooral - en ik ben er zeker van dat dat gaat gebeuren - veel lachende sociale professionals tegen te komen die blij zijn om elkaar nog eens in levenden lijve te ontmoeten. Ik hoop dat mensen op die dag contacten leggen, dat ze geïnspireerd geraken, geprikkeld, en met nog meer zin en energie terug naar huis en hun job gaan.

Ik duim dat het effect van de sociaalwerkconferentie lang blijft nazinderen. Dat mensen elkaar blijven vinden, ook daarna, en zich aansluiten bij hun regionaal platform. Zodanig dat sociale professionals elkaar sneller kunnen vinden en sneller tot oplossingen komen. Wat niet alleen de professional ten goede komt, maar vooral de mensen uit de doelgroep, want daar doen we het uiteindelijk allemaal voor.  

En inhoudelijk?

Sociaal werk is geen eiland. Sociaal werk maakt deel uit van de samenleving, sociale professionals staan er met twee voeten in, soms tot aan de knieën in de modder. Als er iets gebeurt in de wereld of dichterbij in België of de eigen stad dan voelen sociaal werkers dat onmiddellijk. Ze moeten constant alert zijn en kunnen schakelen.

Het is belangrijk dat sociale professionals dat op de conferentie nog eens te horen krijgen en beseffen dat ze er niet alleen voor staan. Dat ze bij elkaar ten rade kunnen gaan, maar ook creatief en out of the box mogen denken. Dat ze niet altijd moeten wachten op beleidsmakers om tot een oplossing te komen, maar dat ze gerust zelf mogen nadenken en voorstellen kunnen doen.