Assistentiewoningen kunnen weer bewoners opnemen vanaf 2 juni

Assistentiewoningen die fysiek verbonden zijn met een woonzorgcentrum, kunnen er vanaf 2 juni voor kiezen niet langer de regels te volgen die gelden voor het woonzorgcentrum, maar autonoom te werken. Voorwaarde is wel dat de assistentiewoningen kunnen vermijden dat hun bewoners of bezoekers in contact komen met personen die in het woonzorgcentrum moeten zijn. De autonoom werkende assistentiewoningen kunnen vanaf 2 juni ook weer nieuwe bewoners opnemen.

Alle assistentiewoningen die fysiek verbonden zijn met een woonzorgcentrum, volgen tot nu toe de regels van het woonzorgcentrum. Assistentiewoningen die niet fysiek verbonden zijn met een woonzorgcentrum, volgden grotendeels de regels zoals die gelden voor wie in een private woning verblijft. Daar kan bijvoorbeeld al bezoek van 4 personen toegelaten worden, zoals bepaald door de Nationale Veiligheidsraad. 

De assistentiewoningen die fysiek verbonden zijn, kunnen vanaf 2 juni zelf een inschatting maken en beslissen om ook voor die autonome werking te gaan en dus de regels van het woonzorgcentrum te lossen.  Ze moeten dan wel kunnen garanderen dat er een fysieke scheiding is tussen beide voorzieningen, dat bewoners en bezoekers van de assistentiewoning geen contact hebben met die van het woonzorgcentrum en die groepen elkaar ook niet kruisen. Ook personeel wordt bij voorkeur niet uitgewisseld, al kan daar bij noodzaak van afgeweken worden mits het dragen van beschermingsmaterialen.

De assistentiewoningen die voor zo’n autonome werking kiezen, kunnen – net zoals de assistentiewoningen die fysiek gescheiden zijn van een woonzorgcentrum - vanaf 2 juni opnieuw nieuwe ouderen huisvesting bieden. Er komt dus een einde aan de opnamestop in deze voorzieningen. Ze krijgen wel de mogelijkheid ouderen te weigeren die besmet zijn met COVID-19.

Categorie: 
Taskforce